De werking van het koelmiddel

De gaswet leert ons dat de temperatuur en druk altijd in evenwicht moeten zijn. Wanneer de druk toeneemt zal de temperatuur mee stijgen. Wanneer de druk daalt, daalt de temperatuur mee. Omgekeerd werkt deze wet ook, wanneer iets in een afgeslote omgeving bevind en men deze stof opwarmt zal de druk stijgen, wanneer deze nadien terug afkoelt zal de druk terug dalen.

Drukstijging
Het beste is dit te vergelijken met het koken van water. Iedereen weet dat water kookt op 100°C bij atmosferische druk. Wanneer water in een hogedrukpan opwarmt zal de druk in de ketel stijgen naarmate het water opwarmt. Door de drukstijging in de ketel zal het water niet meer koken op 100°C maar pas op 120°C. Dit komt door de drukstijging in de ketel. Wist u, dat als u water kookt op de Mont Everest het water sneller kookt? Dit komt doordat de luchtdruk op deze hoogte veel lager is (slechts 0.26bar t.o.v. 1 bar bij ons). Het water zal er al koken op 69°C. Besluit: wanneer de druk toeneemt zal water (of elke andere stof) koken op een hogere temperatuur. Wanneer de druk daalt, daalt ook het kookpunt mee. Op dit principe is de gehele koeltechniek gebaseerd en dus ook de warmtepomp. Bekijk direct installateurs in Enschede, Arnhem, Amersfoort en Zwolle.

Het koelmiddel
Een koelinstallatie produceert dus geen warmte of koude maar verplaatst de warmte. Door in een verdamper koelmiddel in vloeibare vorm te injecteren op lage druk zal de temperatuur (0°C) van het koelmiddel dalen. Wanneer men in tegenstroom bijvoorbeeld water laat stromen door een wisselaar dat warmer is (10°C) dan zal er een warmteoverdracht zijn van het water naar het koelmiddel waardoor deze gaat verdampen en het water afkoelen. Er worden calorieën opgenomen door het koelmiddel. Een compressor pompt het gasvormige koelmiddel af en comprimeert deze naar een hogere druk en temperatuur hierbij komt nog eens extra compressiewarmte bij die nuttig gebruikt kan worden (vergelijkbaar met de fietspomp die warm wordt tijdens het pompen). Wanneer koelmiddel in gasvorm in de condensor stroomt (45°C) waar er water aanwezig is van de verwarmingsinstallatie (30°C) zal deze de opgenomen calorieën terug afgeven aan het water waardoor het koelmiddel terug condenseert. Hierdoor warmt het water op en kan men hiermee de woning gaan verwarmen. De vloeistof op hoge druk stroomt door een leiding opnieuw naar het expansieventiel waar het opnieuw in druk wordt verlaagd en we zo terug opnieuw kunnen beginnen.

Er is dus enkel energie nodig om de compressor aan te drijven die het koelmiddel rondpompt. Het is het koelmiddel dat voor de verwarming zorgt. Met 1 eenheid elektrische energie kan men dus voldoende koelmiddel rondpompen om 3 eenheden warmte te onttrekken uit de bodem, 1 eenheid warmte is afkomstig van compressiewarmte dus er worden 4 eenheden warmte afgegeven. Met 1 eenheid elektrische energie wordt er 4 eenheden warmte afgegeven.